Grensoverschrijdende niet-coördinatie
Gisteren was ik in Maastricht bij de Belgische grens die niet meer dan 1 kilometer achter mijn huis ligt. Ik wilde het met mijn eigen ogen zien: de grens werd gesloten. De Belgische regering heeft barrières opgeworpen om te voorkomen dat we het land binnenkomen. Bij ITEM werken we al vijf jaar aan het verminderen van de bestaande juridische en fiscale problemen in onze grensoverschrijdende Euregio. En nu is de grens gesloten. De weg is afgesloten. Dit is natuurlijk het tegenovergestelde van een succesvolle Euregionale integratie.
Hoe is het zover gekomen? Je zou natuurlijk kunnen zeggen vanwege de bescherming van onze gezondheid. Het sluiten van de grenzen helpt namelijk bij het laag houden van het aantal infecties. Maar dat is waarschijnlijk maar half waar. Vanuit het oogpunt van vandaag had men waarschijnlijk al eerder moeten voorkomen dat men vanuit verschillende delen van de wereld de EU binnenkwam. Of toen de eerste gevallen aan het licht kwamen, hadden de afzonderlijke hotspots in de EU sneller moeten worden afgesloten, zoals in Italië met het noorden te laat werd geprobeerd. Maar deze hotspots hadden weinig te maken met nationale grenzen. Zo was het Duitse district Heinsberg niet gescheiden van het Nederlandse Sittard aan de andere kant van de grens, maar ook niet van de rest van Noordrijn-Westfalen (de Duitse deelstaat waar Heinsberg ligt).
Grenzen sluiten uiting van nationale machteloosheid
In Duitsland komt dus niemand op het idee om de grens tussen Noordrijn-Westfalen en Neder-Saksen te sluiten. Of om Beieren te sluiten, waar de eerste Duitse gevallen verschenen. Dat zou logischer zijn dan het sluiten van de nationale grenzen, om zo de hotspots te kunnen isoleren. Het sluiten van de grens tussen Duitsland en België is dus eigenlijk best opmerkelijk. Het is een uiting van nationale machteloosheid omdat er geen andere coördinatie-instrumenten beschikbaar zijn.
Gezondheidsstelsels te veel gericht op nationale reikwijdte
Blijkbaar was het niet mogelijk om de aanschaf van testmateriaal en de solidaire uitwisseling ervan te coördineren om zo veel mogelijk mensen in de getroffen regio’s te testen. Ook was het blijkbaar niet mogelijk om vroegtijdig hulp vanuit andere lidstaten te organiseren voor Noord-Italië.
De vraag rijst dan of gezondheidsstelsels met een volledig nationale reikwijdte de uitdaging van een grensoverschrijdende crisis aankunnen. ITEM zal in een later stadium analyseren in hoeverre de EU maatregelen heeft genomen op het gebied van de aanschaf van materialen en ademhalingsapparatuur, of met betrekking tot de coördinatie van de ziekenhuiscapaciteit. De Europese Commissie heeft volgens haar recente corona-gerelateerde “vragen en antwoorden” een versnelde gezamenlijke aanbestedingsprocedure met 26 lidstaten op gang gebracht. Volgens deze procedure koopt de Commissie apparatuur aan op basis van het EU-mechanisme voor civiele bescherming (rescEU). Dit zou kunnen leiden tot eerste aankopen begin april, indien de lidstaten dit goedkeuren. Aangezien deze actie echter vrij laat komt, kunnen we zeggen dat maatregelen op EU-niveau werden voorkomen door een gebrek aan bevoegdheden. En dat is niet verwonderlijk: volgens het gezondheidsartikel in het Verdrag (artikel 168 VEU) kan de Unie alleen de lidstaten afzonderlijk steunen. De samenwerking is echter volledig afhankelijk van hun bereidheid.
Een andere veronderstelling is dat zelfs goed geïntegreerde buren met grensoverschrijdende bestuurssystemen, zoals de Scandinavische landen (de Nordic Council), in dit geval weinig coördinatiemogelijkheden lijken te hebben. Zo heeft Denemarken bijvoorbeeld de grens met buurland Zweden gesloten uit bezorgdheid over haar eigen gezondheidszorgsysteem. Wat de Benelux-landen tijdens de crisis beter hadden kunnen doen, zal later worden onderzocht. Dit geldt ook voor de rol van de Euregio’s en de tot nu toe goed functionerende netwerken van ziekenhuizen en hulpdiensten zoals EMRIC in de Euregio Maas-Rijn.
Gebrek aan coördinatie van de nationale maatregelen
Waarom is de grens tussen Nederland en België nu voor iedreen zonder goede reden gesloten? Niet zozeer vanwege de corona gevallen aan beide kanten van de grens. Het is meer het gevolg van het gebrek aan coördinatie van de nationale maatregelen. Toen de winkels in België al gesloten waren, waren ze in Nederland nog open. Dus kwamen de Belgen in drommen naar Maastricht om te winkelen. En toen er in België al veel strengere maatregelen van kracht waren, deden de Nederlandse dagtoeristen blijkbaar alsof dit hen niet aanging. Was dat voorspelbaar? Eigenlijk wel. Voor veel mensen maakt de Euregio deel uit van hun normale dagelijkse leven, waar grenzen nauwelijks worden opgemerkt. Als er zo snel drastische eenzijdige maatregelen worden genomen dat de informatie de mensen nauwelijks kan bereiken, levert dat problemen op. Inmiddels heeft de regering in Noordrijn-Westfalen aangekondigd dat zij vorige week een grensoverschrijdende taskforce met Nederland en België heeft opgericht. Dat is enorm belangrijk.
Het voorbeeld van Oostenrijk liet zien hoe beperkt het effect van het sluiten van de nationale grenzen is. Daar had de regering de grens met Italië al vroeg gesloten, inclusief Zuid-Tirol (ook onderdeel van een levendige Euregio). In de twee skigebieden in Oostenrijks Tirol werden de liften echter veel te laat gesloten, terwijl daar juist waarschijnlijk massaal is bijgedragen aan de verspreiding van het virus. Bovendien kon men wel gewoon vanuit de skigebieden naar de rest van Oostenrijk of Zuid-Duitsland reizen en het virus meenemen.
Hetzelfde patroon van gebrek aan grensoverschrijdende coördinatie was duidelijk in heel Europa. De ene grens na de andere werd gesloten en de buurlanden hadden de maatregelen nauwelijks gecoördineerd. Het was nogal een geval van: redden wie kan. Dus nog maar een paar dagen geleden stonden er meer dan 50 kilometer aan vrachtwagens in de file aan de Poolse grens en waren de omstandigheden voor de chauffeurs chaotisch. Tot op heden (25.3.2020) is de Duits-Nederlandse grens blijkbaar de enige in de EU waar geen controles worden uitgevoerd. Veel grenzen zijn volledig gesloten, zoals onlangs nog ondenkbaar was: zelfs voor grenspendelaars, bijvoorbeeld degenen die vanuit Duitsland willen reizen om in Tsjechië te werken.
Tot slot is er nog goed nieuws in termen van solidariteit: Italiaanse patiënten worden behandeld in Saksen en Franse patiënten uit de Elzas in Baden-Württemberg. Het zal ook interessant zijn om te onderzoeken hoe dit mogelijk is gemaakt. Jaarlijks presenteren wij onze ITEM grenseffectenrapportage. Dit jaar zullen wij dit soort vraagstukken gaan onderzoeken: wat zijn de gevolgen van de Corona crisis is op het leven in de grensregio’s en de effecten van de grensoverschrijdende afstemming, of niet-afstemming, van crisis bestrijding? De resultaten van de rapportage publiceren wij in november van dit jaar.
Door Martin Unfried, onderzoeker bij Institute for Transnational and Euregional cross border cooperation and Mobility / ITEM