EU adopteert de BRIDGEforEU-verordening: een nieuw bestuursmechanisme om grensbelemmeringen aan te pakken

Nieuws

Euregionale governance en samenwerking

Op 19 mei 2025 heeft de Europese Unie officieel de BRIDGEforEU-verordening 2025/925 (een grensregio-instrument voor ontwikkeling en groei) gepubliceerd. Dit nieuwe rechtskader biedt lidstaten de mogelijkheid om een bestuursstructuur in te voeren die gericht is op het structureel oplossen van juridische en administratieve belemmeringen in grensregio’s.

Krachtens de verordening kunnen lidstaten grenscoördinatiepunten (CBCP’s) instellen die grensbelemmeringen beoordelen en als “verbindingspunt” fungeren tussen lokale belanghebbenden en nationale autoriteiten. Daarnaast kunnen lidstaten gebruikmaken van een instrument voor een vlottere grensoverschrijdende samenwerking, een vrijwillig proces dat is bedoeld om regelgevingsbelemmeringen voor samenwerking tussen naburige regio’s weg te nemen.

De verordening is het resultaat van meer dan tien jaar onderhandelingen. In 2018 heeft de Europese Commissie het Europees grensoverschrijdend mechanisme (European Cross-Border Mechanism, ECBM) voorgesteld als wetgevingsinstrument om belemmeringen voor grensoverschrijdende projecten weg te nemen door wettelijke bepalingen van de ene EU-lidstaat in een andere lidstaat toepasbaar te maken. Dat plan werd uiteindelijk geblokkeerd door lidstaten die bezwaren hadden op grond van subsidiariteit en evenredigheid. Als reactie hierop heeft het Europees Parlement in 2023 een resolutie aangenomen waarin wijzigingen worden voorgesteld en het zogenaamde BRIDGEU-initiatief wordt geïntroduceerd. Dit leidde tot een bijgewerkt voorstel van de Commissie in december 2023 (“Verordening betreffende de facilitering van grensoverschrijdende oplossingen”) en eind 2024 werd een definitief akkoord bereikt over de nu aangenomen BRIDGEforEU-verordening. Er is een duidelijke overgang van het oplossen van grensoverschrijdende belemmeringen via een juridisch instrument (ECBM) naar het aanpakken van grensbelemmeringen via een gemeenschappelijke bestuursstructuur (CBCP’s).

Als resultaat van de onderhandelingen is er aanzienlijke nationale vrijheid met betrekking tot CBCP’s: CBCP’s zijn vrijwillig en de lidstaten behouden de controle over de structuur en reikwijdte ervan. Een CBCP kan het hele land bestrijken of zich op specifieke regio’s richten en kan worden beheerd door nationale autoriteiten of worden geïntegreerd in bestaande grensoverschrijdende entiteiten zoals Euroregio’s. Bovendien blijft de beslissing om specifieke belemmeringen aan te pakken of op te lossen volledig in handen van de nationale autoriteiten.

Een proefproject van een CBCP is al operationeel tussen Nederland en Vlaanderen (België) via het Interreg-project Het Schakelpunt Grensbelemmeringen Vlaanderen-Nederland. Grensbelemmeringen kunnen worden gemeld bij het Schakelpunt, dat de belemmering in kaart brengt en analyseert en mogelijke oplossingen in overleg met organisaties en lokale, regionale, nationale en internationale autoriteiten op de politieke agenda zet. Een soortgelijk initiatief wordt momenteel ontwikkeld tussen Vlaanderen en Frankrijk.

In 2024 heeft ITEM een studie uitgevoerd naar de mogelijke impact van de (BRIDGEforEU)-verordening in de grensregio’s van de EU. Samen met het TEIN-netwerk werden vier casusregio’s geanalyseerd, waaronder de Benelux-Duitsland, Frankrijk-Duitsland, de Tsjechisch-Poolse Neisse-Nisa-regio en de Oostenrijks-Hongaarse grens bij Bratislava. Het rapport concludeerde dat het duidelijke voordeel van de verordening ligt in het feit dat hiermee voor het eerst een coördinatiepunt wordt opgericht dat administratieve en juridische grensoverschrijdende belemmeringen verzamelt en analyseert, samen met een bestuurskader om deze aan te pakken, met name in grensregio’s waar dergelijke structuren ontbreken.

In Europese grensregio’s waar deze structuren al bestaan, kan de verordening de cohesie versterken en de kwaliteit van de samenwerking verbeteren door de functies van bestaande institutionele kaders te legitimeren en hen een meer permanente basis te geven (zoals het Schakelpunt). Gezien het vrijwillige karakter van de implementatie van CBCP’s en het oplossen van grensbelemmeringen, zullen de implementatie en het succes van de verordening echter waarschijnlijk aanzienlijk verschillen binnen de EU, afhankelijk van de politieke wil, de financiële middelen en de institutionele capaciteit. Om het potentieel van de verordening ten volle te benutten, beveelt ITEM, samen met de TEIN-partners, een krachtige politieke wil, voldoende financiering, juridische instrumenten en een evenwichtige geografische uitvoering van de CBCP’s aan.

De BRIDGEforEU-verordening treedt in werking op 8 juni 2025.